Hoe krijg je een kind aan de praat? Hoe kom je erachter hoe het er thuis echt aan toe gaat? Hoe weet je of jouw zorgen terecht zijn?
Als er zorgen zijn om een kind, komt de focus van een gesprek voor professionals al gauw te liggen op het boven tafel halen van feiten. Maar: soms lukt het kinderen (nog) niet om te vertellen. Of hebben ze eerst iets anders van je nodig om zich voldoende veilig te voelen om hun verhaal te delen.
Gelukkig biedt elk gesprek kansen om belangrijke zaadjes te planten, die soms al tijdens een gesprek, maar soms ook pas (veel) later, iets opleveren:
- Zaadjes planten voor contact. Als je interesse toont in wie het kind is, wat hem bezighoudt, terugkomt op iets dat een kind je eerder heeft verteld (‘hoe ging je wiskundetoets vorige week?’), óók een praatje met hem maakt als je die dag eigenlijk voor zijn moeder komt, laat je zien dat het je om het kind gaat, zonder dat je meteen iets (informatie) van hem wilt.
- Je mag erover praten. Benoem wat je weet of hebt gezien, vraag hoe het thuis gaat, deel kort wat de ouder(s) er al over hebben gezegd of vertel over hoe je zelf ook eens met iets groots worstelde of hoe andere jongeren die je kent hiermee omgaan. Daarmee laat je zien dat je ook over moeilijke dingen gewoon mag praten en dat jij het aankunt om te luisteren.
- Eerst vertellen voordat je vragen gaat stellen. Informatie kan kinderen helpen herkennen dat hun situatie misschien niet normaal is en dat jij gewend bent om hierover te praten. Leg bijvoorbeeld kort iets uit over (ouders met een) verslaving, voordat je vraagt wat het kind daarvan merkt in zijn dagelijks leven. Of vertel dat je altijd ook vraagt naar ervaringen met seks en grenzen, omdat je regelmatig jongeren spreekt die daar iets vervelends of verwarrends in hebben meegemaakt. Leg uit dat je lijf van jou is, voordat je vraagt of het kind weleens heeft meegemaakt dat iemand anders de baas speelde over zijn lijf.
- Boekjes met een boodschap. Ook door het voorlezen of samen lezen van boekjes kun je belangrijke zaadjes planten, bijvoorbeeld over je lijf dat van jou is (voor peuters & kleuters of deze, voor 6 – 9 jaar), dat praten kan opluchten, dat geheimen lichter worden als je ze deelt, dat er (meer) kinderen zijn die veel narigheid meemaken en dat je als kind niet de problemen van je ouders hoeft op te lossen (❤). Tijdens of na het lezen kun je aanknopingspunten vinden voor een gesprek.
- Een fijne ervaring met een gesprek zaait vertrouwen. Helaas ervaren kinderen gesprekken met professionals lang niet altijd als positief. Zeker niet als ze het gevoel hadden uitgehoord te worden, als er van alles over hen werd besloten waar ze geen invloed op hadden, als ze een (negatief) oordeel van de professional voelden of als hun gedrag niet werd begrepen. Stel je daarom zacht, transparant en respectvol op. Zodat het kind merkt dat er ook mensen zijn die echt willen luisteren.
Na zaaien komt oogsten, maar: heb geduld 😉.
Wil je elke 3 weken een blog met tips in je mailbox? Meld je dan hier aan voor de nieuwsbrief en ontvang meteen de digitale reader ‘Wat elke professional moet weten over praten met kinderen over kindermishandeling’.